Onlangs sprak ik op een congres voor managers over positief leiderschap. Na een korte introductie over het onderwerp liet ik hen de keuze voor het verdere gesprek. Waar willen jullie het over hebben? Met welke issues kampen jullie waarbij ik jullie wellicht kan helpen?
Eén van de onderwerpen die ter sprake kwam, was hoe je als leidinggevende je werk goed blijft uitoefenen als je zelf niet zeker bent van je baan. Iets wat bij veel leidinggevenden op dit moment wellicht speelt. Subvragen die hierbij aan bod kwamen, waren:
- In hoeverre toon je je eigen emoties als manager?
- Hoe ga je om met het feit dat jij meer informatie hebt dan de medewerkers?
- Hoe ga je om met het feit dat je weliswaar meer informatie hebt dan de medewerkers, maar ook nog niet alle informatie?
Al pratende kwamen wij tot de conclusie dat je als manager best je eigen emoties mag tonen. Wel op een gepaste manier natuurlijk. Wij vonden het nadeel dat je medewerkers ervan zouden kunnen schrikken of je niet sterk genoeg zouden vinden, niet opwegen tegen de voordelen. Die voordelen waren in onze ogen o.a.:
- dat je daarmee naar je medewerkers uitstraalt dat het oké is om bang en verdrietig te zijn
- dat je ruimte geeft voor een gesprek daarover
- dat het je de mogelijkheid biedt om een band op te bouwen met de medewerker
- dat je laat zien dat je zelf ook maar gewoon een mens bent en dat daardoor ook meer begrip van je medewerkers naar jou toe ontstaat
De tweede vraag die werd gesteld, hing nauw samen met de derde. Hoe ga je om met de informatie die je wel of niet hebt? Voor velen was dit een heel vervelend punt dat nou eenmaal inherent was aan de functie die men bekleedde. Het is nou eenmaal zo dat je als leidinggevende meer of eerder informatie hebt dan anderen, dat hoort erbij. En hoewel dat heel vervelend kan voelen, was iedereen het erover eens dat deze informatie niet gedeeld mocht worden tot het afgesproken moment. De gevolgen die kunnen ontstaan als de ene leidinggevende iets wél zegt en de andere niet, zijn namelijk nog veel vervelender en niet te overzien. Dan pas voelen mensen zich echt gepasseerd en onheus bejegend.
Transparantie was het codewoord. Dus duidelijk naar de medewerkers communiceren ‘Soms weet ik dingen die ik nog niet kan vertellen en dat zal ik dan ook niet doen. Maar zodra ik het mag vertellen, zal ik alles zo duidelijk, eerlijk en compleet mogelijk vertellen als ik kan. Ik zal nooit zeggen dat ik iets niet weet, terwijl ik het wel weet. Als ik het niet weet, dan zeg ik ‘Ik weet het niet.’ Als ik het wel weet, maar ik mag het niet vertellen, dan antwoord ik dat. Zo weten jullie altijd waar jullie aan toe zijn.’
Het was een mooie bijeenkomst met een interessante en open dialoog over een onderwerp dat bij veel leidinggevenden leeft.